Feyenoord kwam zondag tegen NEC Nijmegen niet verder dan een schamel punt (3-3). Van alle Feyenoorders werkte Stefan de Vrij het duel zó zwak af, dat het tijd wordt dat trainer Ronald Koeman de Oranje-international uit zijn lijden verlost door hem voorlopig naar de bank te verwijzen.
Tekst: Michael Dreessen
De wedstrijd tegen NEC was nog geen drie minuten oud, toen De Vrij zich Cristiano Ronaldo waande en van twee tegenstanders weg probeerde te draaien op een plek in het veld waar dat absoluut niet kon. In de omschakeling was Michael Higdon zo attent om de uitgewezen mogelijkheid, één op één met doelman Erwin Mulder, onbenut te laten. Het zag er bijna aandoenlijk uit: De Vrij, wiens positie bij Oranje momenteel omstreden is vanwege zijn onzekere spel, die wanhopig probeerde aan te tonen dat hij aan zelfvertrouwen juist geen gebrek heeft.
Wie had verwacht dat de verdediger na die blunder wakker was, kwam bedrogen uit. Met name de 1-1 van Samuel Stefanik was daarbij tekenend. Toen beide spelers op enig moment naar de grond gingen, bleef de Feyenoorder liggend toekijken hoe de aanval verder verliep, terwijl Stefanik opstond om NEC langszij te schieten. Maar ook het geklungel van De Vrij (én Joris Mathijsen) bij de tweede gelijkmaker van NEC (2-2) was het toch al bedenkelijke niveau van de Eredivisie onwaardig.
Behalve De Vrij speelde ook Mathijsen zijn zoveelste slechte wedstrijd van het nog prille seizoen. De routinier was tegen NEC met name in de opbouw onthutsend zwak. Mathijsen sloeg middenvelders Jordy Clasie en Tony Vilhena bijna structureel over door dieptepasses te geven, die zelden een medespeler wisten te bereiken.
Het gevolg van het zwakke optreden van het centrale verdedigingsduo is dat Feyenoord nu in zes duels maar liefst twaalf(!) tegendoelpunten heeft moeten incasseren. Het wordt dan ook tijd dat Koeman niet alleen Mathijsen (die al langer ter discussie staat, omdat hij met zijn zwakke spel de ontwikkeling van Bruno Martins Indi en Miquel Nelom in de weg staat), maar ook De Vrij naar de bank verwijst om er dit seizoen nog wat van te maken.
Er dient vooropgesteld te worden dat de veronderstelling dat De Vrij niet kan voetballen of te licht is voor Feyenoord, geen recht doet aan zijn staat van dienst bij de club. De Vrij heeft het jarenlang goed gedaan bij Feyenoord en is het voetbal niet opeens verleerd. De fouten die hij de laatste weken maakt, duiden dan ook op een gebrek aan scherpte – niet op onkunde.
Maar gelet op het aantal fouten van De Vrij en het aantal tegengoals wordt het tijd om één van de alternatieven – Terence Kongolo, Sven van Beek en Jordy van Deelen, die eerder verdienstelijk zijn ingevallen – de kans te geven. Al is het maar voor twee wedstrijden. Minder dan De Vrij kunnen zij het momenteel niet doen. Het zou bovendien een goede prikkel kunnen zijn om de aanvoerder weer scherp te krijgen en aan zijn vormcrisis te laten werken. Met de komst van Otman Bakkal, de rentree van Jean-Paul Boëtius én een frisse, scherpe defensie kan Feyenoord dan eindelijk aan de competitie beginnen.
Voetbal Centraal
